Als de echoscopist bij het tweede trimester SEO structureel echoscopisch onderzoek (structureel echoscopisch onderzoek) één of meer afwijkingen vermoedt, krijgt de zwangere vervolgonderzoek en indien nodig een gesprek aangeboden in een Centrum voor Prenatale Diagnostiek.

Soorten vervolgonderzoek 

In het Centrum voor Prenatale Diagnostiek kan de zwangere verschillende soorten vervolgonderzoek aangeboden krijgen. 

GUO geavanceerd echoscopisch onderzoek (geavanceerd echoscopisch onderzoek) 
Bij het geavanceerd echoscopisch onderzoek (GUO) worden orgaanstructuren, de foetale groei en de hoeveelheid vruchtwater van het kind onderzocht. Ook is het mogelijk om lichamelijke afwijkingen vast te stellen (de ernst daarvan kan sterk verschillen). Er bestaan twee soorten GUO: 

  1. GUO type 1: hiervoor komen zwangeren in aanmerking die op basis van hun intake een verhoogde kans hebben op een aangeboren afwijking. Zij slaan het screeningsstadium over. 
  2. GUO type 2: hiervoor komen zwangeren in aanmerking bij wie een echoscopist bij het SEO (een verdenking op) een afwijking vindt. Het streven is dat dit onderzoek binnen 3-4 dagen na het SEO wordt uitgevoerd. 

Het GUO vindt plaats in een Centrum voor Prenatale Diagnostiek. 

Aanvullend (genetisch) onderzoek 
Indien nodig krijgt de zwangere aanvullend (genetisch) onderzoek aangeboden in de vorm van een vlokkentest, vruchtwaterpunctie of bloedonderzoek. 

Uit het vervolgonderzoek kan blijken dat er geen afwijkende bevindingen zijn. Het is ook mogelijk dat tijdens het vervolgonderzoek wel een lichamelijke afwijking wordt geconstateerd, of een combinatie van symptomen die kan duiden op een syndroom. 

Uitslag vervolgonderzoek 

Het verdere beleid is afhankelijk van de bevindingen bij het GUO.  

Opties na vervolgonderzoek 
Er kan voor worden gekozen de zorg tijdens de zwangerschap, bij de bevalling en direct na geboorte zo te organiseren dat de kansen voor het kind optimaal zijn. Bij ernstige afwijkingen kan de zwangere besluiten de zwangerschap af te breken of zich voor te bereiden op een kind met een afwijking. Meestal kan het ziekenhuis een afwijking niet behandelen. Maar soms wel, zoals sommige hartafwijkingen.