Het ministerie van VWS (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) heeft op 19 september haar beleidsreactie op het recent verschenen advies van de Gezondheidsraad over het herhaalonderzoek voor Rhesus-c negatieve zwangeren aan de Tweede Kamer gestuurd. VWS geeft in deze reactie aan dat zij positief staan tegenover het advies en dat zij voornemens zijn dit advies over te nemen. Voordat het besluit definitief genomen kan worden is er meer inzicht nodig in de haalbaarheid in de praktijk. Het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) is gevraagd het advies te toetsen. Pas daarna volgt een definitief besluit (medio 2026). Tot die tijd geldt het huidige beleid zoals beschreven in het draaiboek PSIE (Prenatale Screening Infectieziekten en Erytrocytenimmunisatie ): bij alle Rhesus c-negatieve zwangeren dient het herhaalonderzoek bij 27 weken uitgevoerd te worden.
Advies Gezondheidsraad
Eerder dit jaar adviseerde de Gezondheidsraad het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport om door te gaan met het herhaalonderzoek naar bloedgroepantistoffen bij Rhesus c-negatieve zwangeren. Bekijk het advies hier. Volgens de commissie kan het herhaalonderzoek verantwoord worden ingeperkt tot vrouwen die al eerder zwanger zijn geweest. Voor deze groep leidt het herhaalonderzoek bij 27 weken zwangerschap tot aanmerkelijke gezondheidswinst. Bij Rhesus c-negatieve zwangeren die voor het eerst zwanger zijn komt late vorming van bloedgroepantistoffen nauwelijks voor en is de kans op gezondheidsproblemen bij het kind verwaarloosbaar klein. Daarom is het volgens de commissie verantwoord om degenen die voor het eerst zwanger zijn niet langer mee te nemen in het herhaalonderzoek.
Wat gaat er mogelijk veranderen?
De staatssecretaris van VWS (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) staat positief tegenover het advies, zie ook de Kamerbrief van 19 september. Dit zou betekenen dat het herhaalonderzoek in de toekomst alleen nog wordt aangeboden aan Rhesus c-negatieve zwangeren die eerder zwanger zijn geweest. Daarmee wordt de screening (onderzoek ) gerichter en doelmatiger. Alvorens een definitief besluit te nemen, heeft de staatssecretaris het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) gevraagd om het Gezondheidsraadadvies te toetsen langs een aantal uitvoeringsaspecten. Naar verwachting zullen de inzichten in de uitvoeringsconsequenties in het tweede kwartaal van 2026 worden gedeeld met VWS. Daarna volgt een definitief besluit van de staatssecretaris. Pas daarna volgt eventuele implementatie van het gewijzigd beleid. Voordat het gewijzigd beleid kan worden doorgevoerd op een nader te bepalen datum zijn er aanpassingen nodig in de voorlichting, kwaliteitseisen, informatiematerialen en ICT systemen. Dit zal in samenwerking met betrokken beroepsgroepen worden uitgevoerd.