Met het bloed uit de hielprik kan een aantal ernstige, zeldzame aangeboren ziekten worden opgespoord. Hoe eerder deze ziekten worden ontdekt, hoe beter. Zo kan ernstige schade aan de lichamelijke en verstandelijke ontwikkeling van uw kind worden voorkomen of beperkt.

Soms is er te weinig bloed om het onderzoek in het laboratorium goed te kunnen doen. Dan wordt de hielprik herhaald. De screener komt snel nog een keer bij u langs.

In de hiel zitten haarvaatjes. Het is gemakkelijk en veilig om hier met een hielprik voldoende bloed uit te halen. Op deze manier hoeft er niet in een bloedvat geprikt te worden.
De vinger van een baby is nog te klein voor een vingerprik.
Soms is een prik in de hiel onmogelijk, bijvoorbeeld omdat beide voetjes zijn ingegipst. De hielprik kan dan niet thuis worden uitgevoerd. De screener zal in dit geval contact opnemen met een prikpost of ziekenhuis in de buurt.

Het bloed uit de hielprik wordt onderzocht op verschillende ziekten. Hoe eerder deze ziekten worden ontdekt, hoe beter het is. Zo kan zeer ernstige schade aan de lichamelijke en geestelijke ontwikkeling van uw kind worden voorkomen of beperkt.

Bent u vanuit het buitenland naar Nederland gekomen en is uw kind nog geen half jaar oud? Dan kan uw kind in Nederland de hielprik krijgen. Ook als uw kind in het buitenland al een hielprik heeft gehad. U kunt contact opnemen met de jeugdgezondheidszorg van de gemeente waar u verblijft.
In andere landen wordt vaak op minder zieken gescreend. Daarom kan het belangrijk zijn om de hielprik te herhalen. Ook zijn er landen waar de hielprik niet bestaat.
Voor sommige ziekten die via de hielprik worden opgespoord, is het belangrijk dat de hielprik snel na de geboorte wordt uitgevoerd. Als een kind ouder is dan een week heeft de hielprik voor deze ziekten weinig zin meer. Voor andere ziekten is snelle opsporing iets minder belangrijk. Daarom kunnen kinderen die verhuisd zijn uit het buitenland de hielprik krijgen tot ze een half jaar oud zijn.

Ja dat kan. Neemt u dan contact op met RIVM regiokantoor West.
De Nederlandse hielprik test vaak op meer ziekten dan de hielprik in andere landen.

Sikkelcelziekte is een erfelijke ziekte van de rode bloedcellen. Hierdoor ontstaan bloedarmoede en pijnaanvallen.
Hemoglobine is de rode bloedkleurstof. Deze kleurstof zit opgeslagen in de bloedlichaampjes en zorgt voor de rode kleur.
Bij sikkelcelziekte maakt het lichaam abnormaal hemoglobine aan. Door dit abnormale hemoglobine ontwikkelen zich rode bloedcellen die de vorm van een sikkel hebben (de vorm van de letter C). Deze sikkelcellen bewegen zich door hun vorm niet zo gemakkelijk door de bloedvaten. Ze zijn minder flexibel en klonteren vaak samen. Deze klontjes blokkeren de bloedstroom en kunnen pijn en orgaanschade veroorzaken. De milt raakt hierbij ook beschadigd, waardoor sommige bacterie infecties levensgevaarlijk kunnen verlopen.
Klachten van sikkelcelziekte zijn meestal goed te behandelen, maar de ziekte leidt vaak tot blijvende orgaanschade in de loop van het leven.

Is er 7 dagen na de geboorte nog niemand bij u thuis geweest om de hielprik af te nemen? Neem dan onmiddellijk contact op met de Dienst Vaccinvoorziening en Preventieprogramma’s (DVP Dienst Vaccinvoorziening en Preventieprogramma’s (Dienst Vaccinvoorziening en Preventieprogramma’s )) in uw regio.

PANDA staat voor psychosociale aspecten (uitbreiding) neonatale na de geboorte (na de geboorte ) hielprikscreening. Het is een onderzoek naar de vraag wat ouders en professionals in Nederland van de hielprik vinden en hoe zij de hielprik ervaren. Het onderzoek is gestart in 2019 en werd uitgevoerd door het Amsterdam UMC Universitair Medisch Centrum (Universitair Medisch Centrum) en TNO. In 2022 wordt de PANDA-studie afgerond.
Meer informatie over de PANDA-studie.